Canaletto's 'De Molo en de Piazzetta San Marco'



Sinds vrijdag 21 oktober kan ik thuis genieten van enkele grote reproducties van werken van Canaletto (Venetië 1697 - Venetië, 1768). Een daarvan is bovenstaande, De Molo en de Piazzetta San Marco. Het werk lijkt realistisch, maar oogt tegelijkertijd als een ansichtkaart voor buitenlanders. Het is een Venetiaanse idealisering waarin het Dogepaleis goed uit de verf moet komen, dat pontificaal in het midden staat.

De gebouwenreeks is ongeveer in het midden van het doek geplaatst, met de horizon op pakweg een derde. Het onderste deel bevat de meeste contrasten. Canaletto blinkt niet uit in het schilderen van luchten of van waterpartijen, en beide ogen hier effen en sereen. Ze vullen elkaar aan en geven de weelderige architectuur een licht, elegant en delicaat karakter, alsof die geen last heeft van gewicht en niet op de grond rust. Het lijkt haast alsof het water weinig anders moet doen dan de gebouwen weerspiegelen. De boten en mensen worden in elk geval veel minder weerspiegeld. Overigens veroorzaken die ook nauwelijks rimpelingen in dat delicate spiegelwater. De ronddobberende boten zorgen voor de zware elementen door hun donkere tinten. Hun posities zijn niet toevallig, denk ik. Alle worden ze van opzij getoond. In beide hoeken bevinden zich de grootste, en ze wijzen keurig naar het midden van het doek. Op de achtergrond ligt, wederom in het midden, de grote galei van de doge.

Daarmee vergeleken zijn de gebouwen licht van kleur en verticaal van vorm. Ze verheffen zich uit het water en steken de al even heldere lucht in. Het Dogepaleis krijgt massa en volume doordat het niet recht van voren is weergegeven. Tegelijkertijd is de hoek net zo dat de kathedraal erachter ook goed genoeg is te zien. De façade eindigt daar waar de hoge, vrijstaande zuil begint: een van de colonne di san Marco e san Todaro. Die staat aan de kade, maar vult de ruimte de ruimte perfect op tussen het paleis en de kathedraal enerzijds en de Biblioteca Nazionale Marciana en Zecca (munthuis) anderzijds. Alles tezamen is het aangezicht denk ik lichtjes aangepast, om de ornamenten van de bibliotheek van voren te tonen, en het nogal zware gotische paleis juist meer van opzij. In werkelijkheid buigt de kade juist naar de kijker toe, en zouden de gebouwen uiterst rechts iets minder ver moeten staan.

Het tafereel oogt rustig, evenwichtig, harmonieus en statig. Ik denk niet dat de positie van de schilder een noodzakelijke is. De Giudecca, het tegenoverliggende eiland, is te ver weg, dus de schilder zat denk ik op een boot. Het getoonde is bewust getoond. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Lawrence Principe, 'The Secrets of Alchemy': review

Mulisch en Márquez: van woorden naar beelden

Het Midden-Oosten ontdekken: van een Vlaams muziekfestival tot de 12e-eeuwse al-Sohrawardi