Aantekeningen bij Goethes ‘Iphigenia op Tauris’

      [Oude tekst]
1 

         Eerste bedrijf
-          eerste scene: Iphigenia
-          tweede scene: Iphigenia & Arkas
-          derde scene: Iphigenia & Thoas
-          vierde scene: Iphigenia
2      Tweede bedrijf
-          eerste scene: Orestes & Pylades
-          tweede scene: Iphigenia & Pylades
3      Derde bedrijf
-          eerste scene: Iphigenia & Orestes
-          tweede scene: Orestes
-          derde scene: Iphigenia, Pylades, Orestes
4      Vierde bedrijf
-          eerste scene: Iphigenia
-          tweede scene: Iphigenia & Arkas
-          derde scenne: Iphigenia
-          vierde scene: Iphigenia & Pylades
-          vijfde scene: Iphigenia
5      Vijfde bedrijf
-          eerste scene: Thoas & Arkas
-          tweede scene: Thoas
-          derde scene: Iphigenia & Thoas
-          vierde scene: Iphigenia, Thoas, Orestes
-          vijfde scene: Iphigenia, Thoas, Orestes, Pylades, Arkas
-          zesde scene: Iphigenia, Thoas, Orestes

Scenes
Hoewel de scenes arbitrair verdeeld lijken, vormen die van het tweede en derde bedrijf toch samen vijf, en is de zesde scene uit het vijfde bedrijf het aanvullende nummer van het viertal scenes uit het eerste bedrijf. Het totale aantal bedraagt dan ook twintig scenes.

Eenheid van tijd en plaats
Blijkt duidelijk wanneer men naar de scene’s kijkt, en dit is in lijn met de classicistische normen van de tijd waarin het geschreven werd. Ook is er eenheid van stijl of toon. Op de eenheid van plaats zijn echter enkele uitzonderingen: de eerste scene van het tweede bedrijf, en de eerste twee scenes van het vijfde bedrijf. Dit hoeft echter niet per se tegen de regels te zijn, want de betreffende scenes kunnen evengoed vlak buiten de tempel afspelen, of zelfs in een voorportaal.

Personages
Er zijn vijf personages. In negen scenes zijn er twee personages op het toneel, in zeven is er slechts één. Dit doet toeschijnen dat het stuk door in totaal slechts drie acteurs gespeeld kan worden, wat in scene vijf van het vijfde bedrijf echter niet blijkt te kunnen.
Op het tweede na hebben alle bedrijven minimaal één monoloog.
Op vier scenes na is Iphigenia overal vertegenwoordigd. Dit is thematisch gezien interessant. Weliswaar is haar aanwezigheid nagenoeg verplicht, aangezien het verhaal zich in de tempel van Diana afspeelt, maar haar handelingen en woorden maken haar meer dan louter verplicht aanwezig.

Verhoudingen personages
Enerzijds hebben we Orestes en Pylades, anderzijds Thoas en Arkas. Daar tussenin staat Iphigenia. Binnen deze verdeling vallen parallellen te trekken.
De eerste is die tussen Orestes en Thoas. Beide zijn mannen met een verleden, en ze zijn niet helemaal goed, maar ook niet helemaal kwaad. Beide ook willen ze als respectievelijk broer en vrijgezelle koning iets van de priesteres Iphigenia.
De tweede parallel is die tussen Pylades en Arkas. Beide zijn zij veel aan het woord, maar hun karakters zijn het minst uitgewerkt. Ze zijn de rechterhand van Orestes enerzijds en de koning anderzijds, en ze vervullen de rol van bode of woordvoerder, als personen die de weg effenen alvorens hun meerderen het toneel betreden. Zowel Pylades als Arkas zijn tevens de meest rationele. Ze redeneren er nuchter op los en proberen Iphigenia tot het ene of andere over te halen.
Daar tegenover staan Orestes en Thoas als mannen die zowel met verstand als met gevoel handelen, en wie het niet vreemd is zich over te laten geven en aan en mee te laten slepen door diepgaande gevoelens, noch om bloed te vergieten. Pylades en Arkas doen dit niet. Overigens doet Thoas denken aan een verlicht despoot, eentje die zowel redelijk en vergevingsgezind is, als conservatief en streng, niet onwillig tot oorlog indien nodig.
Iphigenia staat in het centrum van de twee partijen. Zij is niet zo rationeel en plannen beramend als Arkas of Pylades, noch is zij zo daadkrachtig of hardvochtig als Thoas en Orestes. Ze lijkt voornamelijk te functioneren op haar gevoelens en is de verheven persoon die gevraagd wordt in plaats van vraagt. Niet voor niets spreekt Arkas bij haar in eerste instantie in de derde persoon, waarna hij geleidelijk overgaat in de eerste persoon (tweede scene). Ze laat zich leiden door gevoelens, maar op een morele en zelfs hoofse manier, en ze keurt geweld of bloedig offeren af (al het geweld, voor zover aanwezig, vindt zich naar classicistische normen trouwens achter de schermen af!).

Romantiek en Verlichting
Ik meen dat in de tekst het gedachtegoed van de romantiek verwerkt zit, die voornamelijk gepersonaliseerd wordt in Iphigenia. Zij is degene die luistert naar haar gevoel, en dat gevoel maakt haar zowel sympathisch als empathisch, wat leidt tot een medemenselijke redelijkheid en ethische deugd. Hoewel Arkas en Pylades verstandelijk aan haar trekken, blijkt Iphigenia veerkrachtig genoeg om eenieder te weerstaan en zo billijk mogelijk te handelen.
            Meermalen staat het hoofd centraal, wat metaforisch te verstaan valt in het kader van het denken > verstand > verlichting. Zo is het geslacht waartoe Iphigenia en Orestes behoren ooit door de goden met een ijzeren band omsmeden, zodat het bepaalde inzichten onthouden werd. Als Orestes aangeraakt wordt door Iphigenia, zegt hij niet het te verwachten ‘blijf van me af’, maar ‘blijf van mijn haren af’. Verder spreekt men bijv. nog van ‘waas voor de ogen [van Orestes]’. Een ander voorbeeld komt van Iphigenia, die zegt dat goed doen niet veel nadenken vergt.
Eerste scene tweede bedrijf. Pylades zegt: ‘Wat heeft een mens aan verstand, als het geen oor heeft voor wat zij daarboven [de goden] willen?’
De hoofdpersoon is Iphigenia, en zij representeert duidelijk het gevoel (= romantiek), maar ook veerkrachtigheid en empathie, waarnaast ze onmenselijkheden verwerpt (= verlichting).

Misschien is de locatie van het stuk ook wel om de vredelievende redelijkheid gekozen: een tempel met zijn priesterhuishouding tolereert geen geweld, en op die manier weet Goethe dan ook een bloedige confrontatie tussen beide partijen in het vijfde bedrijf te voorkomen. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Lawrence Principe, 'The Secrets of Alchemy': review

Mulisch en Márquez: van woorden naar beelden

Het Midden-Oosten ontdekken: van een Vlaams muziekfestival tot de 12e-eeuwse al-Sohrawardi