Filosofen en pluimvee: twee anekdotes
Eerste anekdote In de Leven en leer van beroemde filosofen (VI, 40) beschrijft Diogenes Laërtius het volgende gevalletje over Plato en zijn tijdgenoot c.q. filosofische concurrent Diogenes , een cynische filosoof. Toen Plato een definitie van een mens had gegeven - 'Het is een wezen met twee benen, zonder vleugels' - en daarmee bekendheid verwierf, bracht Diogenes een haan, die hij kaalgeplukt had, naar de school en zei: 'Dit is de mens van Plato'. Daarop werd aan de definitie toegevoegd "met brede nagels". [1] Tweede anekdote Postmodernist Slavoj Žižek heeft het over een grapje dat circuleerde in het lacaniaanse circuit, ter illustratie van de belangrijke rol die de (vermeende) kennis van de Ander heeft. [A] man who believes himself to be a kernel of grain is taken to a mental institution where the doctors do their best to convince him that he is not a kernel of grain but a man; however, when he is cured (convinced that he is not a kernel of ...